Er is geen struik waar kleine vogeltjes zich zo goed in thuis voelen als in
de Sleedoorn.
De takken staan dicht op elkaar en de takken hebben doorns waardoor Eksters,
Gaaien, Kauwen en Kraaien niet of heel slecht het bosje in kunnen. Ook katten
weten er slecht raad mee. Goed voor de kleine vogels omdat zij hier redelijk
veilig kunnen broeden en hun jongen grootbrengen. Waarin ze kunnen vluchten
als de roofdruk te groot wordt.
Nog beter is een aantal bosjes op niet te grote afstand van elkaar. De vogels kunnen dan met redelijke veiligheid van het ene naar het volgende bosje jumpen. Sleedoorn aanplanten is eenvoudig. Het is inheems en op veel plaatsen te koop. Maar bij gewone aanplant groeit de Sleedoorn al snel boven de meter en blijft de onderkant redelijk kaal. Beter is het om met klein plantgoed te starten en na het eerste jaar goed terug te snoeien zodat er veel uitlopers komen, waardoor ook de onderkant ontoegankelijk wordt. En dan met 40 cm per jaar naar boven. In 4-5 jaar ontstaat er een prima dicht bosje waar veel vogels zich hevig thuis voelen.
Sleedoornvruchten
|
Bron: de
Tuinkrant
|
De Vogelwerkgroep nodigt mensen uit om dit soort bosjes aan te leggen. Ze nemen niet veel plaats. Een bosje van 5-8 m2 is een serieus bosje. Geeft vroeg in het voorjaar prachtige witte bloesem, in het jaar veel vogelactiviteit en in het najaar grote donkerblauwe bessen, die met wat goede wil ook eetbaar zijn. Hoe,... daar komen we over een paar jaar wel op terug.
De werkgroep is bereid om te adviseren. Assisteert zo nodig ook bij de keuze van de locatie en is bereid mee te helpen bij de aanleg en bij de inkoop van de Sleedoorns. De kosten zijn het niet. Voor een bosje heb je ca 50 plantjes nodig, 6 paaltjes, een stuk folie. Liefst even frasen, planten en paaltjes slaan. Totaal materiaal ca € 45. Het is een investering op wat langere termijn. Maar het plezier kan op termijn heel groot zijn. Vooral als er meer mensen (en gemeenten) aan mee gaan doen. Dan kan je als vogel redelijk veilig heel de omgeving door.
Vogels die gek zijn op dit soort bosjes: Winterkoning (kleinste standvogeltje maar met een grote bek), Tuinfluiter, Tjiftjaf, Zanglijster (machtig om zondagmorgen naar het repertoire te luisteren dat veel groter is dan dat van de Merel), Merel, Heggenmus, Roodborst, Vink. Eigenlijk alle kleine vogeltjes.
Sleedoornbloemen
|
Bron: de
Tuinkrant
|
Wij denken dat het een heel goede zaak is om te proberen op grote schaal Sleedoornbosjes aan te planten. Zeker in de eigen tuin omdat we dan goed zicht op meer vogels hebben. Maar ook op gemeente grond. Gemeente, provincie en staatsbosbeheer planten bos aan. Zo ook in uw woonomgeving! Maar het is vooral loofhout, populieren, essen, eiken etc. en dat lijkt mooier dan het is. Het biedt nauwelijks woonplaats voor de kleine vogels. Dat is waar we naar toe moeten werken. Echt dicht struikgewas dat echte bescherming biedt. Als er aan de rand van zo'n loofperceel Sleedoorn bosjes kunnen komen dan vult dat elkaar wel weer prima aan. Het grote bos levert namelijk wel plenty voedsel vooral in voorjaar en begin zomer als de jongen gevoerd moeten worden.
Het neemt een paar jaar voordat we op hoogte zijn. Maar dan is het ook genieten geblazen.