Dunbekwulp - Met uitsterven bedreigt? &

De zeldzaamste vogel in Europa en Azië is de Dunbekwulp, zo sterk zelfs dat hij nu definitief met uitsterven wordt bedreigd. Om die reden is dit jaar een grootscheepse zoektocht opgezet naar de laatste exemplaren, als die er al nog zijn. Op zoek naar Europa’s Dodo.

Als je een beetje op internet zoekt slaat de schrik je om het hart, zoveel vogels er onder druk zijn komen te staan. Zo is een andere vogel die het stadium van Near Threatened allang voorbij is de Dunbekwulp. Dat heet dan Critically Endangered, met uitsterven bedreigd.
Het is een iets kleinere Wulp met een dunnere snavel zoals zijn naam al doet vermoeden. De vogel is wat gezet en met zijn aversie om te vluchten is het zeker voor de jagers een aanlokkelijk doelwit. Een vergelijking met een soortgelijk scenario als dat van de Dodo of Reuzen Alk dringt zich op. Vroeger, zelfs in de zestiger jaren, kwam hij op bepaalde plaatsen zelfs frequenter voor dan de andere wulpen, nu wordt in Europa en West Azië naar het laatste exemplaar gezocht in de werkelijk laatste hoop de soort voor uitsterven te behoeden.
Zou het niet prachtig zijn een zendertje aan een vogel te hangen om dan uiteindelijk zijn broedgebied te kunnen beschermen? Het zal ons toch niet gebeuren dat een vogel nu in ons West Palearctisch gebied gaat uitsterven?

Er is hoop, een marginale dat wel, dat hij hier en daar gewoon over het hoofd gezien wordt gezien de kleine verschillen. Hoe kunnen we hem herkennen? Eerst even een plaatje voor de visuele verschillen!

Van boven naar beneden: Volwassen en jonge vogels
Van links naar rechts:

Europese Wulp
N.a.arquata

Europese Wulp
N.a.orientalis

Regenwulp
N. phaeous

Dunbekwulp
N. tenuirostris
Het verschil in woorden staat in onderstaand overzicht.
 
Wulpen in een oogopslag Dunbekwulp - DBW Regenwulp - RW Wulp (Europese Wulp) - EW
Maat Klein (van puntje staart tot snavelpunt: 360-410 mm) Lengte: 400-460 mm Veel groter dan DBW,lengte 500-600 mm.Ook vleugel veel langer.
Snavelvorm en structuur Altijd een dunne, scherpe punt. Misschien het beste kenmerk. Dunner, smaller en minder diep bij de basis dan bij de EW. Kan gelijkmatig gebogen zijn of rechter aan de basis met curve naar de punt. Even zo gekromd, maar bij de punt meer naar beneden, echter stompe punt. Variabel, vele op gelijke wijze gebogen, maar andere bij de basis distaal gekromd. Punt kent kenmerkende versmalling, vervolgens een verwijding. Ook een stomme punt als RW. Vele N.a.orientalis hebben zeer diepe stevig uitziende snavels, met name de vrouwtjes.
Poten Donker grijs. Korter en donkerder dan de EW Dof, blauwgrijs, lengte gelijk aan de DBW Veel langer dan de DBW en RW, kleur blauwgrijs.
Staart Wit, met vier of vijf relatief dunne donkere strepen. Gebandeerd, met bruin en gebroken witte strepen van gelijke breedte. Variabel. Gebruikelijk een bruinige waas over de centrale veren, of bruin-wit met donkere strepen.
Lichaamskenmerken

Geen dwarsstreping op borst, flanken of buik bij elke leeftijd.

Volwassenen hebben stippen op een bleke achtergrond. Deze variëren in grootte. Middenborst heeft fijne streping. Eerste jaarsvogels vertonen stippen op de flan-ken. Juvenielen zijn licht bruin over de borst met fijne streping op de buik.

Volwassenen hebben strepen op hun borst. Ziet er vaak donker uit, dan DBW of EW. Lage borst en flanken hebben wat dwarsgestreepte veren. Juvenielen kunnen wat meer gestippeld lijken dan een DBW, maar let dan op koppatroon. De grotere N. p. albloxiaillis ziet bleker dan de nominaat N. p. phaeous Kijk zorgvuldig naar borsttekening en flanken. De meesten hebben een aantal dwars gestreepte veren, anderen hebben slechts een paar maar ze zijn altijd present.
Ondervleugel Vertoont altijd witte onderdekveren en okselveren/axillaries.Alleen een donkere wig op de onderhandpennen. Niet erg bleek. Veel donkere strepen, uitgezonderd de N.p. albloxiaillis, die veel blekere ondervleugels heeft, maar wel een streep op zijn kop. Variabel. Enkele vogels laten donkere strepen zien op een bleke ondergrond en anderehebben witte onder-dekveren (met name de N.a. orientalis).
Bovenvleugel Donkere handpennen, vaak contrasterend met lichte schacht op de buitenste pennen. Blekere armpennen vertonen meer wit. Donkerder bovenvleugel dan DBW en EW, meer gelijkmatig. De N.p. albloxiaillis is bleker. Bovenvleugels zijn gelijk aan die van de DBW, misschien minder contrastrijk, met donkerder armpennen.
Kruintekening Bruin, fijn gestreept, donker. Vertoont soms een zeer dunne, centrale kruinstreep, niet diagnostisch Zeer karakteristiek: twee dikke zwarte tot halfbruine strepen aan de zijkant van de kruin. Boven elk oog een, over de hele kruin heen. Helder bruin met fijne, donkere streping, soms met dunne kruinstreep als DBW.

Wat te doen als u er een tegenkomt?

Niet schieten zoals alle bewoners rond de Middellandse Zee de afgelopen eeuw deden, nee, maak zoveel mogelijk foto’s, leg het geluid vast, zijn de vogels in de rui, uw afstand tot de vogels, het aantal vogels, noteer waar u precies zit, het liefst met uw GPS en mail dit aan: Nicola Crockford, voorzitster van de Slender-billed Curlew Working Group: e-mailadres: Nicola.Crockford@rspb.org.uk.

Waar zijn ze gezien?

Voorkomens van de dunbekwulp met rechts (in rusland) het vermoedelijke broedgebied.