Categorieën
0 Watervogeltellingen VWG - 2025-02
2025 is het jaar van de torenvalk In Nederland was de Torenvalk lange tijd de talrijkste broedende roofvogel. Tegenwoordig is die plek ingenomen door de Buizerd. Door gebruik van landbouwgif daalden de landelijke aantallen van de Torenvalk rond 1960. Na een verbod op dat landbouwgif leefde de Torenvalk weer even op. Helaas gaat hij sinds ongeveer 1990 opnieuw achteruit, met kleine oplevingen tijdens veldmuisrijke jaren. Tegenwoordig is nog maar een kwart over (= 4000 broedparen) van de aantallen van halverwegevorige eeuw. De winteraantallen van deze soort in ons land liggen beduidend hoger t.w. 10 tot 20.000 vogels. De laatste 10 jaar lijken de aantallen weer iets toe te nemen. De grootste dichtheden worden gevonden in de (veen)-weide gebieden van Zuid Holland en van Friesland. Het westen van ZeeuwsVlaanderen is eveneens goed bezet. Ook in ons telgebied zijn de aantallen niet hoog, dit telseizoen zelfs laag. Een uitzondering vormt 2019 dat een goed muizenjaar was. Opvallende waarnemingen in februari 2025: Grauwe gans (4983): waarvan 1664 stuks in de Riethoornse polder en 596 in polder Achthoven. Kolgans (4378): hiervan 2830 in De Wilck en 650 in de Groenendijkse Polder. Toendra Rietgans: alle 242 vogels in de Vlietpolder. Kleine rietgans: 1 vogel in de Vlietpolder Knobbelzwaan (702): 130x in de Grote Polder. Zwarte zwaan: 1 vogel in De Wilck. Waterhoen (238): 82 stuks in de Riethoornse polder. Krakeend (1160): hiervan 375 stuks in de Riethoornse polder en 177 op de Zegerplas. Wilde eend (1339): 225 in de Hazerswoudse Droogmakerij. Wintertaling (34): hiervan 212 in De Wilck Kuifeend (298): waarvan 170 op de Zegerplas en 77 in de Munnikkenpolder. Smient (7041): hiervan 4930 (70%) in De Wilck. Waterral: 1 vogel bij de Wijde Aa Dodaars (4): 6 exemplaren op de Zegerplas. Kleine zilverreiger: 1 vogel in De Wilck. Koereiger: 2 vogels inde Hazerswoudse Droogmakerij en 1 de Geer en Buurtpolder. Lepelaar: 1 vogel in de Grote Polder. Ooievaar: 1 exemplaar in zowel de Lagenwaard, 1 in de Riethoornse polder en 1 in de Grote Polder. Goudplevier: 272 vogels in De Wilck. Kievit (6296): dit keer 6 x zoveel als in de januari telling. De meeste vogels in Riethoornse polder met 2500 stuks, De Wilck met 2176 stuks, 900 vogels in polder Achthoven en 522 in de Gnephoek. Watersnip: 1 vogel in De Wilck. Grutto: de eerste vogels van dit jaar werden gezien in de Munnikkenpolder t.w. 14 stuks. Inmiddels zijn ze er weer vol op. En verder: Slechtvalk: 1 exemplaar in De Wilck Sperwer: 1 x in de Doespolder, 1 x in de Vlietpolder en 1 x in Polder Achthoven IJsvogel: 1 x in zowel de Riethoornse Polder. Grote gele kwikstaart: 1x in De Wilck en 1 x in de HW Droogmakerij. Roodborsttapuit: 2 x in Polder Achthoven. Kramsvogel (66):12 x in de Gnephoek, 17 in Polder Achthoven en 37 stuks in de Hondsdijk. Ringmus: 14 in de Munnikkenpolder. Putter: 13 in de Munnikkenpolder en 22 in Polder Achthoven.
0 Watervogeltellingen VWG - 2015-01
Foto: Grote Canadese Gans van de auteur. Opvallende waarnemingen Grauwe gans (3244): 1000 stuks in de Grote Polder. Kolgans (1576): hiervan 570 in de Barrepolder en 397 in de Groenendijkse Polder. Grote Canadese gans (469): verreweg de meeste in de Westbroekpolder t.w. 245. Zwarte rotgans: 1 in de Barrepolder. Mogelijk escape (geringd). Eerste in ons gebied. Kleine zwaan: allemaal in de Lagenwaard t.w. 72 stuks. Knobbelzwaan (726): 121x in de Grote Polder en 92 x in de Geer en Buurt Polder. Zwarte zwaan: 1 exemplaar in de Gemenewegse polder. Nijlgans (274): hiervan 89 in de Gnephoek. Meerkoet (4351): maar liefst 1863 vogels in de Riethoornse Polder en 409 in de Westbroekpolder. Waterhoen (341): 85 stuks in de Riethoornse polder. Krakeend (921): 316 x in de Riethoornse polder, 133 x in de Gemenewegse Polder en 131x in Grote Polder. Wilde eend (1007): 125 in de Oostbroekpolder. Tafeleend (12): waarvan 10 in de Munnikkenpolder en 2 in de Grote Polder. Kuifeend (113): waarvan 46 op de Zegerplas. Smient (4510): hiervan 1680 in De Wilck en 748 in de Vlietpolder. Dodaars (4): 3 exemplaren op de Zegerplas en 1 in de Munnikkenpolder. Grote zilverreiger (61): 9 exemplaren in de Oostbroekpolder. Kleine zilverreiger: 1 vogels in de Boterpolder. Koereiger: 4 vogels in de Geer en Buurtpolder. Goudplevier (287): 253 in de Oostbroekpolder en 34 in De Wilck. Kievit (1009): 528 x in de Oostbroekpolder en 410 in De Wilck. Watersnip: 1 vogel in de Munnikkenpolder. Wulp (274): 109 x in de Westbroekpolder en 66 x in de Vlietpolder. Witgat: 1 opvliegend exemplaar in de Boterpolder. Kokmeeuw (1288): de meeste in de Riethoornse polder t.w.1021 stuks. En verder Blauwe kiekendief: 1 vogel in Polder Achthoven Slechtvalk: 1 exemplaar in De Wilck Fazant (53): 35 x in Polder Achthoven (evenaring record uit december 2021). IJsvogel (4): 1 x in zowel de Barrepolder, de Zegerplas, de Munnikkenpolder en Polder Achthoven. Groene specht: 1 in de Munnikkenpolder. Grote bonte specht: 1x in de Barrepolder en 1x in de Grote Polder. Grote gele kwikstaart: 1x in De Wilck en 1 x in de HW Droogmakerij. Roodborsttapuit: 1 x in De Wilck. Cettis’zanger: 1 x in de Munnikkenpolder. Groenling (22): 18 in de Munnikkenpolder. Kramsvogel: 5 vogels bij Woubrugge Kerkweg. Koperwiek: 24 stuks in polder Achthoven en 1 x in Grote Polder. Kauw (791): maar liefst 305 in de Groenendijkse polder. Holenduif (40): 15 in de Gemenewegse Polder en 14 in de Droogmakerij. Turkse tortel (136): 38 exemplaren zowel in de Vlietpolder als de Doespolder (vermoedelijk even snel naar de andere kant van de weg gevlogen?). Uitgelicht: Grote Canadese Gans De grote Canadese gans is een exoot in Europa en sinds 1974 broedvogel in Nederland. Vermoedelijk waren dat verwilderde vogels afkomstig uit waterwildcollecties en kinderboerderijen. In het begin werden de verwilderde vogels bejaagd maar eind jaren 80 is dat gestopt. Lange tijd bleef het aantal door genoemde bejaging heel erg klein, tot in de tweede helft van de jaren 1990 de aantallen opeens fors begonnen toe te nemen. In 2000 waren er al zo'n 1200 paren, en dat aantal nam explosief toe. Inmiddels wordt de broedpopulatie geschat op 16000 broedparen. Het geschatte aantal vogels in de winter ligt tussen de 51.000 en 71.000 (Sovon 2016- 2021). Een vergelijkbaar aantal vogels trekt door. Verreweg de grootste aantallen in Europa worden echter aangetroffen in Engeland en Zweden. Onderstaande kaartjes geven een goed beeld van de aantallen en de verspreiding buiten de broedtijd in heel Nederland en Zuid-Holland. ZW Nederland en met name onze provincie vormen het zwaartepunt. Ook in ons eigen hele telgebied is duidelijk te zien dat het aantal grote Canadese ganzen sterk toe is genomen. Onderstaande figuur geeft een overzicht van het totale aantal waarnemingen per jaar van de wintertellingen over de laatste 20 jaar (dus niet het absolute aantal vogels).Opgemerkt dient te worden dat voor het seizoen 24/25 de maanden februari (ca 450) en maart nog niet zijn verwerkt. Ton
0 Wat verandert de aanwezigheid van het Nonnetje? | Watervogeltellingen - Sovon - 2025-02
Wat is het effect van de klimaatveranderingen op het gedrag van het Nonnetje? In een aantal gebieden nemen de aantallen toe, maar niet overal. Lees meer in de nieuwsbrief in het archief van de Sovon. Nederland Het hele weekend was het dus mistig en bovendien ook koud met temperaturen rond het vriespunt. Van echt ijs was er echter amper sprake, alleen op ondiepe wateren lag een laagje ijs.! Dit alles weerhield jullie niet om op pad te gaan. Inmiddels staat de teller al op bijna 4,3 miljoen vogels!
0 Watervogeltellingen VWG - 2024-12
Komt de de kleine zilverreiger wel of niet naar de Rijnstreek? Tijdens de watervogel/wintertellingen verblijven ook in ons telgebied regelmatig (soms ook niet) een of enkele exemplaren. Hoe verhoud zich dat tot de Nederlandse aantallen? Opvallende waarnemingen: Grauwe gans (3734): hiervan 1340 in de Riethoornse polder en 748 in de Oostbroekpolder. Kolgans (3218): de meeste in de Oostbroekpolder t.w. 2199 stuks. Indische gans 1 x in de Vlietpolder. Kleine zwaan: de eerste van dit telseizoen. 6 stuks in de Hondsdijkse polder. Knobbelzwaan (740): 165 exemplaren in de Riethoornse polder. Nijlgans (364): met 125 vogels in de Doespolder.. Meerkoet (2782): de meeste in de Wesbroekpolder, De Wilck en polder Achthoven met respectievelijk 414, 408 en 376 vogels. Waterhoen (285): hiervan 79 in de Riethoornsepolder Wilde eend (989): in de HW Droogmakerij 154 exemplaren. Krakeend (394): hiervan 110 in de Riethoornse polder. Smient (9144): de grootste aantallen (ca. 80%) in De Wilck t.w. 7275 stuks. Dodaars: 3 in de Zegerplas en 1 in de Lagenwaard. Grote zilverreiger (78): waarvan 10 in de Riethoornse polder. Kleine zilverreiger: 1 in De Wilck Koereiger (22): 20 x in de Geer en Buurtpolder en 2 x in de Boterpolder. Goudplevier: allemaal in de Wilck t.w. 3155 exemplaren. Kievit (3228): hiervan 701 in de Gnephoek en 2056 in De Wilck Watersnip: 3 vogels in De Wilck en 2 in de HW Droogmakerij Wulp (404): 219 exemplaren in de Vlietpolder en 57 in de HW Droogmakerij. Zilvermeeuw (178): waarvan 71 in de Westbroekpolder. En verder: Blauwe kiekendief,1 in De Wilck en 1 in de Groenendijkse polder. Slechtvalk (3) waarvan 1 in De Wilck, 1 in de HW Droogmakerij en 1 in de Grote polder. Sperwer: 1 in de Vlietpolder en 1 in de Barrepolder Fazant (29): hiervan 21 in polder Achthoven IJsvogel: 1 in polder Achthoven. Grote gele kwikstaart: 1 in polder Achthoven en 1 in de HW Droogmakerij Rietgors:1x in Grote polder Cetti’szanger: 1 vogel in de Munnikkenpolder. Houtduif (156): 50 stuks in de Boterpolder. Holenduif (64): 36 exemplaren in de HW Droogmakerij. Turkse tortel (115): 40 in de Doespolder en 35 in de Groenedijkse polder Groene specht 1 x in de Munnikkenpolder. Roodporsttapuit: 1 x in De Wilck Vink (51): hiervan 35 exemplaren in polder Achthoven. Putter (26): 20 stuks in de Doespolder. Keep: 1 x in polder Achthoven. Kramsvogel: 2 in polder Achthoven en 1 in De Wilck. De kleine zilverreiger Voor pakweg 1980 was de kleine zilverreiger nog een dwaalgast in ons land. Daarna werd het een incidentele (1979) broedvogel maar na 1995 is deze soort in aantal toenemende broedvogel geworden in ons land met een piek van 175 broedparen in 2008. Daarna zijn de aantallen weer gedaald en al een aantal jaren redelijk stabiel. In 2024 waren er 115 broedparen. De grootste broedkolonies liggen op de Sassenplaat in de Hoeksche Waard met 42 broedparen en het Sloegebied in Zeeland met 23 broedparen in 2023. In het winterhalfjaar (2016-2021) verbleven er gemideld 465 (deels doortrek) vogels in ons land. Kleine zilvereigers zijn erg kou gevoelig en het aantal wintervogels hangt sterk samen met wel of geen vorstperiode. Bij strenge vorst overlijden veel vogels. Het zwaartepunt van verspreiding buiten het broedseizoen ligt in de Zeeuwse Delta en in (veel) mindere mate op de Wadden (zie onderstaand kaartje). De grootste aantallen worden waargenomen van augustus t/m oktober. Tijdens de watervogel/wintertellingen verblijven ook in ons telgebied regelmatig (soms ook niet) een of enkele exemplaren. In onderstaand grafiekje zijn de totalen van de tellingen(oktober-maart) van de laatste 10 jaar in ons hele telgebied weergegeven (zonder aantallen 2024/2025)
0 Matige wintertelling - Waarom? | Watervogeltellingen - Sovon - 2025-01
Waarom was er een matige wintertelling in december? Nederland Ganzen en zwanen - Geen grote aantallen in december 2024 Zorgen over broedresultaten Meer: Zie de nieuwsbrief NL in het archief van Sovon Zuid-Holland Veel smienten Brandgans Grauwe Gans Nog meer? Zie de nieuwsbrief ZH in het archief van Sovon