Kleine zwaan
Kleine zwanen

Ieder jaar strijken er in natuurgebied De Wilck tientallen kleine zwanen neer om te overwinteren. Ze hebben er dan een vliegreis van 3.500 kilometer op zitten. Iedere winter verblijft ongeveer 60% van de Europese populatie kleine zwanen in Nederland. Om de kleine zwanen de rust te geven die ze nodig hebben, sluit Staatsbosbeheer De Wilck af zodra de kleine zwaan arriveert. De duizenden smienten en ganzen die er eveneens in de wintermaanden verblijven, profiteren ook van de rust. Bezoekers zijn van harte welkom om de grote groepen vogels te komen bekijken vanaf de vogelkijkschermen.

Een moment om naar uit te kijken: de komst van de kleine zwanen in De Wilck. De vogels hebben een afstand van 3.500 kilometer afgelegd vanaf hun broedgebied in Noord Rusland om in Nederland te overwinteren. In groepen van soms meer dan honderd sneeuwwitte vogels gebruiken ze 's nachts de plas in De Wilck als slaapplaats. Overdag vliegen ze uit over de polders om eten te zoeken. Elke kleine zwaan is anders, hoewel dat op het eerste gezicht niet zo lijkt. Het zwart-gele patroon op de snavel is bij ieder individu verschillend.

Ook terwijl de kleine zwanen in De Wilck genieten van hun winterrust, kunnen bezoekers hen en andere wintergasten zien. Vorig jaar zijn twee vogelkijkschermen geplaatst, dankzij de vogelwerkgroep Koudekerk/Hazerswoude. Deze vogelkijkschermen staan aan de rand van het natuurgebied en zijn iets verhoogd, zodat je mooi uitzicht hebt over de polder en de plas. Wie de kleine zwanen wil zien, moet wel vroeg op, want tegen de ochtendschemering waaieren ze al uit over de graslanden om te foerageren.

Ons land herbergt ‘s winters tot wel 60% van alle kleine zwanen in Europa. De Wilck is dus heel belangrijk voor de soort. Deze verantwoordelijkheid is ook wettelijk vastgelegd: voor de doelsoorten kleine zwaan, en ook voor de smient, is De Wilck aangewezen tot Natura 2000-gebied. Natura 2000 is het Europese netwerk van beschermde natuurgebieden: een keurmerk voor alle topgebieden in Europa.

   SBB