Beste mensen,

Kramsvogel

Ik ben benieuwd of het gemis aan smienten in december op de Zegerplas in deze maand gecompenseerd wordt. Tijdens de vorstperiode verbleven er in ieder geval duizenden, maar vanmiddag zag ik de eerste al weer teruggekeerd in de polders. In januari verbleven 20 tafeleenden op de Zegerplas, een soort die toch niet zo vaak gemeld wordt. De kramsvogels die op bessen in tuinen foerageerden, zijn inmiddels ook weer uit de bebouwde kom verdwenen, maar wellicht zien we ze nu in de graslanden.

Wilck

In januari was het een rustige telling, met enkele uitschieters, want wat dacht je van 3650 kolganzen en 5300 smienten in de Wilck? Daar verbleven ook nog 550 grauwe ganzen, 40 brandganzen, 112 kleine zwanen, 1 slechtvalk, 55 goudplevieren, 600 kieviten en 6 grote zilverreigers.

Oostbroekpolder

Koploper wat grote zilvers betreft was de Oostbroekpolder met 9 exemplaren. In totaal werden er 37 grote zilverreigers geteld. In de Oostbroekpolder verder nog 232 grauwe ganzen, 18 kleine zwanen en 4 goudplevieren.

Kleine zwanen

Nog meer kleine zwanen zaten in de Gnephoek 45, Lagenwaardse polder 68, Grote Polder Zuid 16, Grote Polder Noord 5, Barrepolder 9 en Gemenewegsepolder 7.

In de Hazerswoudse Droogmakerij werden 3100 kolganzen geteld en 1 groene specht. Nog meer ganzen in de Grote Polder Noord waar 343 grauwe ganzen verbleven. Voor wulpen moest je in de Groenendijkse polder zijn, want daar zaten ze met z’n 726-en. Een vleugje voorjaar was te vinden bij de Wijde Aa met 2 scholeksters, waarvan er ook 3 te vinden waren in de Achthovenerpolder. Nog een beetje voorjaar zag je met 2 ooievaars in de Gnephoek. In de Hondsdijkse polder verbleven 2 slechtvalken. De enige brilduiker werd gezien op het Braassemermeer.

Ik ben benieuwd of de vorstperiode terug te zien is in de resultaten van de februaritelling.

Iedereen veel plezier met tellen gewenst!
Met een hartelijke groet,