December 2018In de vorige nieuwsbrief heb ik beloofd om op de aantallen van de knobbelzwaan terug te komen. Dit was ingegeven door alle nieuws omtrent het wel of niet afschieten van knobbelzwanen in de Krimpenerwaard en mijn nieuwsgierigheid hoeveel knobbels er nu eigenlijk in onze telgebieden verblijven. Intussen is ook de Atlas van de Nederlandse vogels verschenen en dat geeft ‘onze’ aantallen wat meer perspectief t.o.v. de landelijke aantallen. Volgens de nieuw vogelbijbel verblijven er ’s winters tussen de 38.000 en 46.000 knobbelzwanen in ons land. Wij telden er in november 499. Dat geeft aan hoe belangrijk onze eiwitrijke graslanden voor knobbelzwanen zijn. |
|
||
Tellingen3 Grote gele kwikken:
Goudplvieren troffen we in diverse polders aan:
Waar goudplevieren zijn, zie je meestal ook kieviten:
Om bij de steltlopers te blijven:
Smienten zaten volop in:
Opvallend was het aantal nijlganzen:
Grauwe ganzen zaten in:
De meeste kolganzen zaten in:
Nog meer sperwers:
|
|||
Krenten
|
|||
GroetIk wens jullie een hele plezierige telling en hele fijne feestdagen. Met een hartelijke groet . | |||
|
|||
Verslag van SovonIn Watervogeltellingen 2018-12 zaken als:
|