|
Maart 2018De afgelopen raakte de winter het voorjaar aan. Overal zag je wakken en in sommige daarvan dodaarsjes. Maar nog voor de winter intrad waarvan er waarschijnlijk veel meer voor komen dan we tellen, is de waterral. Tijdens strenge vorstperiodes zoals twee weken geleden is hij wat zichtbaarder, maar meestal wordt hij niet opgemerkt door zijn verborgen levenswijze. In februari zat er eentje in de Lagenwaardse polder. Verder was het in februari niet zo’n spectaculaire telling. WilckBehalve dan het bokje dat in de Wilck gezien werd. Daar zaten ook nog:
11 van de 58 grote zilverreigers in onze telgebieden liepen in de Wilck. Daarmee waren de grote zilvers met een klein verschil net even talrijker dan de blauwe reiger, want daarvan werden er in totaal 56 geteld. GanzenDe grote groepen ganzen waren nagenoeg verdwenen, nog 610 kolganzen in de Groenendijkse polder. Kleine zwanen werden niet meer gezien. Waar hebben ze deze afgelopen winter gezeten? Nog wat opvallende zaken
Ik hoop dat je je niet gepasseerd voelt als er niets uit ‘jouw’ polders gemeld wordt. Dat is niet omdat jouw gebied minder belangrijk is, maar omdat (en daarover kan je van mening verschillen) er niet zulke bijzondere soorten of aantallen in februari gemeld werden. Bedenk dat ook een nultelling meetelt en vragen kan oproepen. Neem maar bijvoorbeeld de kleine zwaan, waarvan we er tot vorig jaar ook altijd nog in februari telden.
|
|
||
Verslag van SovonIn Watervogeltellingen 2018-03 zaken als:
|
GroetVoor velen van jullie is de maarttelling de laatste van dit winterseizoen. Iedereen weer heel erg bedankt voor de inzet. Hopelijk kunnen we volgend jaar weer op jullie rekenen. Met een hartelijke groet. |